De omvang van kredietverlening door zogeheten overige niet-bancaire financiële intermediairs (OFI’s) is de afgelopen twee jaar verder teruggelopen. Waar OFI’s aan het eind van het eerste kwartaal van 2022 nog bijna € 300 miljard aan leningen hadden uitstaan, was dit aan het einde van het eerste kwartaal van 2024 gedaald tot ruim € 256 miljard. Dat blijkt uit nieuwe statistische gegevens die DNB deze maand voor het eerst over de sector met OFI’s publiceert.

Gepubliceerd: 27 augustus 2024

‘Overige financiële instellingen’ is een sector waarvan een aantal instellingen zich specifiek toelegt op kredietverlening aan huishoudens en het midden- en kleinbedrijf. Dit zijn met name securitisatievehikels, financieringsmaatschappijen en gespecialiseerde financieringsmaatschappijen.

Deze instellingen verstrekken woninghypotheken, consumentenkredieten en zakelijke leningen. Voor de effecten- en derivatenhandelaren, die ook tot de OFI-sector behoren, speelt kredietverlening een ondergeschikte rol.

Bron: statistieken DNB

Bij De Nederlandsche Bank stellen we onafhankelijk statistieken op over de Nederlandse financiële sector en economie. Dit artikel is gebaseerd op die cijfers. Meer informatie over onze statistieken en alle dashboards vind je op de Statistiek homepage.

Terugloop financiering met name toe te schrijven aan securitisatievehikels en gespecialiseerde financieringsmaatschappijen

Securitisatievehikels (SPV’s) zijn qua balansomvang de grootste spelers in deze sector. Deze instellingen zijn vaak opgericht door banken om door hen verstrekte woninghypotheken en andere leningen over te nemen (te securitiseren). Hiermee maken banken geld vrij voor aanvullende kredietverlening.

Waar SPV’s in het eerste kwartaal van 2022 nog voor € 175 miljard aan leningen hadden uitstaan, was dit in het eerste kwartaal van 2024 teruggelopen tot € 135 miljard.

Deze daling is in lijn met een trend die al langer zichtbaar is: in 2010 piekte de omvang van leningen door SPV’s nog op € 377 miljard. De terugloop sindsdien hangt vooral samen met het ontstaan van andere gunstige financieringsvormen voor banken. De leenfaciliteiten bij de Europese Centrale Bank (ECB) hebben daar de afgelopen jaren wellicht een rol bij gespeeld, terwijl de stijgende uitgifte van gedekte obligaties lijkt te wijzen op een structureel aantrekkelijker alternatief: in 2010, op het moment van de maximale omvang van securitisaties, was het volume van uitstaande gedekte obligaties € 40 miljard, terwijl dit vervolgens nagenoeg jaar op jaar gestegen is naar € 218 miljard in het eerste kwartaal van 2024.

Wat zijn securitisaties en gedekte obligaties?

Bij securitisaties worden leningen gebundeld en als obligaties herverpakt via speciaal daarvoor opgerichte ondernemingen (SPVs). In Nederland gaat het daarbij overwegend om woninghypotheken. In dat geval worden de obligaties ‘Residential Mortgage-Backed Securities’ (RMBS) genoemd. Terugbetaling daarvan is alleen gebaseerd op claims op de onderliggende woninghypotheken.

Gedekte obligaties (‘covered bonds’) zijn door banken uitgegeven obligaties met – in Nederland – woninghypotheken als onderpand. Deze obligaties blijven op de balans van de bank staan. Beleggers kunnen deze obligaties aankopen. Beleggers die dit soort obligaties bezitten hebben daardoor een claim op het onderpand (de woninghypotheken) en op de bank die deze obligaties heeft uitgegeven.

Ook bij gespecialiseerde financieringsmaatschappijen nam de omvang van de kredietverlening af, van € 17 miljard naar € 10 miljard. Tot de gespecialiseerde financieringsmaatschappijen behoren, onder meer, vastgoedmaatschappijen, liquiditeitsverstrekkers (treasury centers) en private-equitymaatschappijen.

Bij financieringsmaatschappijen, na securitisatievehikels de grootste geldverstrekkers onder de OFI’s, bleef het bedrag aan verstrekte leningen de afgelopen twee jaar ongeveer gelijk. Momenteel bedraagt dit € 107 miljard. Financieringsmaatschappijen zijn instellingen die op directe wijze leningen verstrekken aan huishoudens en bedrijven. Tot deze groep behoren onder meer hypotheekverstrekkers en leasemaatschappijen.

OFI’s nog steeds grote sector

Ondanks de terugloop in kredietverlening door OFI’s blijft deze sector in Nederland een belangrijke speler. Het balanstotaal van deze sector bedraagt momenteel zo’n € 400 miljard en is daarmee qua omvang vergelijkbaar met de verzekeringssector, en het equivalent van 40% van het bruto binnenlands product. De OFI’s bestrijken zo’n 10% van alle niet-bancaire financiële intermediairs tezamen (pensioenfondsen, verzekeraars, beleggingsinstellingen, OFI’s).

Securitisatievehikels zijn met een balanstotaal van ruim € 158 miljard het grootst onder de OFI’s, gevolgd door financieringsmaatschappijen (€141 miljard), gespecialiseerde financieringsmaatschappijen (€53 miljard) en effecten- en derivatenhandelaren (€ 44 miljard).

Balanstotaal overige financiële intermediairsin EUR miljard2022K12023K12024K1Totale SectorSecuritisatievehikelsFinancieringsmaatsch…Gespecialiseerde finan…Effecten- en​Derivatenhandelaren0100200300400500© De Nederlandsche Bank

DNB publiceert vanaf deze maand voor eerst uniforme financiële balansen over overige financiële intermediairs met een opsplitsing naar genoemde subsectoren. Deze balansen tonen data vanaf het eerste kwartaal van 2022. De komende tijd breidt DNB deze publicaties uit. Zo publiceert DNB vanaf volgende maand ook een tabel met de geografische uitsplitsingen van de activa en passiva van OFI’s.

Met de lancering van deze nieuwe tabellen stopt DNB de publicatie van de tabellen over securitisatievehikels in de oude opzet. Betreffende informatie is opgenomen in bovengenoemde tabellen en in nieuw gestructureerde SPV-specifieke tabellen, die DNB vanaf volgend kwartaal publiceert.